Kerst houdt ons al wekenlang bezig. Met hoeveel mensen kunnen we het vieren? Wie kunnen we uitnodigen en wie valt er af? En sinds de laatste persconferentie hebben we als kerken onze plannen voor Kerst ook weer onder de loep genomen en de nodige wijzigingen aangebracht. Onze Kerst is noodgedwongen klein en eenvoudig. Paus Franciscus zei vorige week dat Kerst dit jaar gevierd wordt met ‘beperkingen en onbehagen.’ Hij sprak de wens uit dat de viering van de geboorte van Jezus Christus daardoor ‘religieuzer, authentieker en echter’ wordt. Hij verwees naar het Kerstverhaal zelf, en naar de zorgen en ontberingen die Jozef en Maria destijds hadden (ND, 16 december 2020).
Onze Kerst is kleiner en eenvoudiger. Misschien komen we daardoor wel dichterbij hoe Jozef en Maria het beleefden. Zij hadden niet de luxe van thuisblijven met Kerst. Zij hadden niet het comfort van een warm huis, een gevulde koelkast, een comfortabele badkamer en schoon en warm bed. Ze moesten op weg, met hun eigen primitieve vervoer. In de hoop dat er onderweg of op de plek van aankomst iets van een accommodatie beschikbaar zou zijn. Ze probeerden onderweg wel de lokale horeca. Daar konden ze niet terecht. Er waren misschien wel wat essentiële winkels open in Bethlehem. Maar of ze het geld hadden om daar iets te kopen?
Zij hadden niet de luxe om zich af te vragen wie ze zouden uitnodigen, om vervolgens die paar personen uit te nodigen die je het liefste om je heen hebt. Ze waren niet samen met hun ouders of vrienden. Ze kregen allerlei ongevraagd bezoek. Bezoek van herders – de laatsten die je zou uitnodigen; bezoek van engelen – de laatsten die je zou verwachten. Bezoek van wijzen – als de engelen de laatste zijn die je verwacht, dan zijn de wijzen toch wel de een na laatsten die je verwacht.
Maria was zwanger van haar baby, die ze Jezus zouden gaan noemen. Wij leven in een wereld die ook zwanger is van wat er gaat komen. Als christen leven we in een wereld zwanger met hoop. We leven in de verwachting van Christus terugkomst op aarde.
‘Wij weten dat de hele schepping nog altijd als in barensweeën zucht en lijdt. En dat niet alleen, ook wijzelf, die als voorschot de Geest hebben ontvangen, ook wij zuchten in onszelf in afwachting van de openbaring dat we kinderen van God zijn, de verlossing van ons sterfelijk bestaan. In deze hoop zijn we gered. Als we echter nu al zouden zien waarop we hopen, zou het geen hoop meer zijn. Wie hoopt er nog op wat hij al kan zien? Maar als wij hopen op wat nog niet zichtbaar is, blijven we in afwachting daarvan volharden. De Geest helpt ons in onze zwakheid; wij weten immers niet wat we in ons gebed tegen God moeten zeggen, maar de Geest zelf pleit voor ons met woordloze zuchten.’ (Rom. 8: 22-26)
In eenvoud, zuchten en hoop, wens ik u en jou een gezegend Kerstfeest !